Ga naar de inhoud

Groei van de stad: waar en voor wie?

Om de groei van Utrecht met 100.000 inwoners mogelijk te maken, wat het zittende stadsbestuur wil, is 7,2 miljard euro nodig. Maar het is niet alleen een kwestie van huizen bouwen. Mensen moeten er ook nog in en uit kunnen. Zonder zicht op het geld voor de benodigde wegen, fietspaden en het openbaar vervoer gaat dit niet lukken. Los van de vraag of de stad met zo’n bevolkingstoename nog leefbaar blijft. Er is nog geen begin van zekerheid over het benodigde geld. Daarom is het verstandig ook een lager groeiscenario uit te werken. De Utrechters krijgen de kans zich over de groei uit te spreken. Dat is nog zwaar onvoldoende gebeurd.

Wij steken de kop niet in het zand: heel veel mensen willen graag in Utrecht wonen. Daartoe willen wij eerst de mogelijkheden binnen de stad benutten en dan vooral rond knooppunten van openbaar vervoer. Leidsche Rijn afbouwen, aan de slag in de Merwedekanaalzone, de Cartesiusdriehoek, Papendorp, tussen station Lunetten en de Koningsweg, de spoorzones bij de 2e Daalsedijk en de Kruisvaart. Ook moeten de mogelijkheden die er zijn voor woningtoevoeging in de bestaande bebouwing van naoorlogse wijken onderzocht en benut worden.1 

Om de stad nog enigszins betaalbaar te houden voor iedereen moet de grondmarkt grondig op de schop. De overheid moet zijn greep op onze grond terugkrijgen en speculatie de kop indrukken. De voorwaarden waaronder projectontwikkelaars grond kunnen verwerven moeten daarom veel scherper. Zo worden woningen betaalbaarder. De gemeente zet alles op alles om hier in Den Haag beweging in te krijgen.

We houden onverkort vast aan de minimumeis van 35% échte sociale huur bij nieuwbouw. Om extra woningbouw in Hoograven Zuid mogelijk te maken is het zaak dat er zo snel mogelijk een geluidswal langs de A12 komt. De huidige bewoners van de wijk moeten eindelijk af van die enorme geluidsoverlast.

Stationsgebied

Het stadsbestuur heeft eurotekens in de ogen als het gaat om woningbouw in het stationsgebied. Dat betekent vooral heel veel, heel hoog en heel duur. De zittende bewoners aan de Croeselaan kunnen erover meepraten. Wij blijven ons verzetten tegen de sloop van hun woningen. Het is op zich logisch om dicht bij het belangrijkste OV-knooppunt van het land te bouwen, maar ook hier zijn grenzen aan wat kan zonder dat het onleefbaar wordt.

Ook bij de ontwikkelingen in het stationsgebied houden we vast aan minstens 35% sociale huur mét een fatsoenlijk woonoppervlak. Als de woningbouwplannen van de Jaarbeurs ooit nog van de grond komen, dan moet ook de Jaarbeurs hieraan voldoen.

Binnenstad

De binnenstad is geen festivalterrein. Er wonen ook mensen. Er moet daarom een goede balans blijven tussen de belangen van de binnenstadbewoners enerzijds en horeca, toerisme en evenementen anderzijds.

Rijnenburg

De polder Rijnenburg is een fantastisch mooi, groen gebied, waarin tal van weidevogels hun leefgebied hebben. Wij willen dat dit zo blijft. Om daar te bouwen is bovendien heel veel geld nodig voor onder andere infrastructuur, wat er niet is.

We gaan sparen om een roeibaan in Rijnenburg mogelijk te maken. Goed voor de sporters en nodig voor de waterberging in dit laagste stukje Utrecht.

De Uithof

De Uithof is gaandeweg steeds meer een ‘gewone’ wijk aan het worden. Met de bouw van vele studentenwoningen groeit daarom de behoefte aan allerlei voorzieningen. De gemeente doet wat mogelijk is om het aanbod daaraan te vergroten. De enorme verbouwingsplannen die de Universiteit heeft voor de Uithof zijn een logische aanleiding om hierin een slag te maken.

We geven geen toestemming om te bouwen in het groen van het beschermde werelderfgoed van de Nieuwe Hollandse Waterlinie.